25 Jul Danscombinatie 3 worstelt met verhaal Japin
Eenmaal per jaar verzamelt zich de gehele Nederlandse danswereld in Maastricht voor de Nederlandse Dansdagen. Tijdens dit gezamenlijke personeelsuitje worden de hoogtepunten van het afgelopen seizoen vertoond, de jaarlijkse dansprijzen verdeeld, workshops gegeven, er wordt gefeest en in discussiepanels geklaagd over, dit keer, de danskritiek. Aan de terugblik werd deze keer een première toegevoegd; de Danscombinatie 3. De succesformule om drie uiteenlopende gezelschappen met elk een choreografie in één voorstelling te vertegenwoordigen, werd nu iets aangepast: Galili Dance, Rogie en Company en het Internationaal Danstheater kregen een verhaal van schrijver Arthur Japin als leidraad mee. Hij schreef De vrouwen van Lemnos als choreografische verbeelding van een Grieks mythe waarin de vrouwen en dochters van uit de oorlog terugkerende mannen door Aphrodite gestraft worden met een onverdraaglijke lichaamsgeur. Een dubbele straf want de mannen hebben ook nog eens als oorlogsbuit een vracht jonge dames meegenomen. De choreografen moesten met dit verhaal aan de slag maar deze kapstok bleek uiteindelijk niet zo’n goed idee want twee van de drie choreografen worstelden en gingen eraan ten onder.
Het letterlijkst werd het verhaal opgepikt door het Internationaal Danstheater dat in de Danscombinatie de gelegenheid zag te kunnen experimenteren met het volksdansidioom. Choreografen Jana Podhorná, Maurits van Geel en Desirée Rebel laten de oorlogszuchtige mannen en vrouwen schijngevechten uitvoeren in een stijlencocktail van flamenco, musical, vrije expressie en Oost-Europese reidansen. Veelvuldig geruik aan oksels in Afrikaanse oerdans wordt afgewisseld met hakken-tenen maar enige richting heeft het niet. Stuurloos vertrouwen de choreografen op kermisachtige lichteffecten. De simplistische verbeelding van het verhaal maakt de choreografie Katharsis een losse flodder die het geweldige vakmanschap van de groep volkomen teniet doet.
Itzik Galili maakt het toeschouwers met There, there is niet makkelijk. Zijn opeenvolgende solo’s op de muziek van het orkest van het Internationaal Danstheater zijn stuk voor stuk inwisselbaar hoe mooi het toneelbeeld van Reier Pos ook is. Als kruising tussen Neanderthalers en reptielen kronkelen de dansers zich op zich prachtig in de expressieve stijl van Galili maar er zit geen enkele ontwikkeling in. De portee van zijn verhaal blijft volkomen duister tot er in de korte slotsolo ineens iets gebeurt. De danseres bevrucht zichzelf met de lichtstraal zoals onder andere de Canadese choreografe Marie Chouinard het in haar faunenballet al deed. De dramatische lading van deze scène is het enige lichtpuntje en het is te hopen dat Galili deze voorstudie voor een avondvullend ballet nog grondig omvormt.
De redding van de avond kwam van Piet Rogie die in Wo/man het Griekse verhaal grotendeels links liet liggen. In het wederom fraaie toneelbeeld van Reier Pos schetst Rogie een bizarre en vervreemdende wereld waarin het onbegrip tussen man en vrouw centraal staat. De filmische beelden die Rogie creëert tonen de beide sekses in al hun onvermogen tot gemakkelijke contact. Niet heel toegankelijk maar wel een choreografie die op je netvlies gebrand blijft. Het is alleen jammer dat hij met zijn andere collega’s in een mislukt Danscombinatie-concept staat. Schrijver en choreografen hebben elkaar niet begrepen.
No Comments